Lo Stefano della Pasticceria Santo Stefano

1 mei 2022 - Bologna, Italië

De blog waarvan je wist dat die ging komen: koffie is even onlosmakelijk verbonden met Italië als met mij. Waar ik eerder nog gekscherend opmerkte dat ik zou noteren hoeveel koppen koffie ik hier aan de bar dronk, ben ik daar al snel mee gestopt. Niet omdat ik me daarvoor schaam (ik geloof dat ik hier zowaar minder koffie drink dan in Nederland), maar omdat ik geen zin heb mijn leven hier te kwantificeren. Koffie vormt een metafoor voor mijn Italië-verblijf – het gaat er niet om hoevéél je doet, maar om hoe je je tijd beleeft. Wederom essere qui ed ora.

         En dat qui (hier) is vrij regelmatig Pasticceria Santo Stefano aan de Via Santo Stefano, bij het Piazza Santo Stefano – ik zei toch dat het niet al te ingewikkeld was om in Bologna je weg te vinden? Het is een typische pasticceria waar het de hele dag een komen en gaan van mensen is, die snel een koffie aan de bar drinken, dozen vol prachtige taartjes komen ophalen of elkaar treffen voor een kort praatje. De Italianen lijken elkaar grotendeels te kennen en maken grapjes met de camerieri, die hard werken maar niet te hard – koffiezetten is een kunstvorm die zich niet laat haasten.

         Op mijn eerste ochtend in Bologna probeerde ik mijn taalschool te vinden en kwam ik voor mijn eerste Italiaanse caffè terecht in dit zaakje. Het bleek een schot in de roos – je kunt hier met een slecht humeur naar binnen gaan, maar in een slecht humeur naar buiten gaan is onmogelijk. Daarvoor zorgen die praatgrage en lachgrage Italianen wel. Mensen zijn het communiceren hier nog niet verleerd – ik zie bijna nergens mensen met telefoons in de hand, hier worden nieuwtjes nog face-to-face uitgewisseld in plaats van via WhatsApp. Hier mijn laptop openklappen om te zitten schrijven voelt bijna misplaatst. Negeer ik de ongeschreven regels? Tegelijkertijd zorgt de drukte om me heen voor een extra schrijfstimulans – alsof de energie van al die mensen hier direct in mijn vingers terechtkomt.

         Misschien kom ik hier niet eens voor de koffie of het heerlijke gebak, maar vooral voor de stamgasten. Een van de stamgasten die ik nog niet eerder tegenkwam – we hebben denk ik een wat ander dagritme – is Stefano. Geen grap, de beste man heet echt zo. Hij vertelt me met pretoogjes over zijn Bologna, de stad die je nooit meer loslaat, of beter gezegd: waaruit je simpelweg niet meer wegkomt omdat je zoveel hebt gegeten. Hoewel ik me had voorgenomen vandaag écht alleen koffie te bestellen, was ‘nee’ geen antwoord toen hij vroeg of ik een bepaald appelgebakje al had gegeten. Enfin – na een halfuurtje zijn Stefano en ik vrienden, heb ik op zijn aanraden een reservering gemaakt bij een restaurant, weet ik dat het not done is na april nog tagliatelle al ragù te eten en zit ik met kleverige vingers te typen omdat dat appelgebakje gevuld bleek met een soort vanillecrème.

         De Opperstefano is echter de oudere man die hier elke ochtend naartoe geschuifeld komt. Met zijn herkenbare rode trui, grote bril en weelderige grijze haardos komt hij onder de booggalerijen door aangewandeld. Ik heb hem meermaals gadegeslagen uit het raam van mijn klaslokaal, en zag hem dan tijdens mijn koffiepauze in de hoek uitkijken over het zaakje. Zou hij de oprichter van de pasticceria zijn? Iedereen kent hem, dat is duidelijk, en behandelt hem als de pater familias. Wanneer hij binnenkomt en met zijn handen gebaart dat hij een klein kopje koffie wil, krijgt hij commentaar van de oudste cameriere (die wel wat wegheeft van García uit de oude Zorro-serie). Is hij zijn tong verloren? Als hij koffie wil moet hij dat maar vragen. Waarop de Opperstefano zich in overdreven beleefdheden uitdrukt en natuurlijk toch zijn kopje koffie krijgt.

         Pasticceria Santo Stefano is Italië in het klein – alle generaties komen hier langs voor hun dagelijks portie koffie en zoet. Het personeel is beleefd, is gek op de kinderen en kent zijn klanten. Hier borrelt het leven, tussen de lawaaiige koffiemachines, het geluid van kopjes en schoteltjes en de begroetingen over en weer. Nergens is het zo makkelijk als in Italië om je thuis te voelen, omdat niemand je hier negeert – of je nu wilt of niet, er wordt om je mening gevraagd, je krijgt advies over het beste gebak en men wil weten wat je hier doet. Net zoals ik wil weten wie zij zijn – in deze kleine wereld aan de Via Santo Stefano.

Foto’s